In het voortdurend veranderende medialandschap is verandering niet alleen onvermijdelijk, maar ook een onmisbare katalysator voor innovatie. Een van die veranderingen van de afgelopen tijd is de opkomst van spatial computing. Simpel gezegd combineert spatial computing elementen van AI, AR, VR en sensortechnologie om de fysieke omgeving te begrijpen en te manipuleren. Technologie met een grote belofte voor de media- en entertainmentindustrie. Het biedt talloze mogelijkheden om het publiek op nieuwe manieren te boeien én binden. Gezien het bedrag dat wereldwijd nu al in deze technologie omgaat, zo’n 140 miljard dollar, lijkt het niet bij een belofte te blijven.
Het begrip spatial computing is niet nieuw. De term ontstond al zo’n twintig jaar geleden, maar kreeg de afgelopen jaren veel aandacht met de opkomst van AR en VR. Maar al voordat de naam spatial computing in 2003 werd bedacht door Simon Greenwold, werd de technologie gebruikt. GPS, tegenwoordig aanwezig in iedere smartphone, is er een voorbeeld van.
Spatial computing is eigenlijk een verzamelterm die technologieën omvat die mensen in staat stellen om met digitale objecten te interacteren als onderdeel van de fysieke wereld. Het is de ruggengraat van Augmented Reality (AR), Virtual Reality (VR), Mixed Reality (MR) en andere technologieën zoals gebarenbesturing, waarbij de grenzen tussen de fysieke en digitale wereld vervagen.
Na de lancering van de XR-bril Vision Pro van Apple in juni staat spatial computing opnieuw in het middelpunt van de belangstelling. Spatial computing groeit snel. De 140 miljard dollar die nu wordt besteed aan deze technologie, zal volgens prognoses in 2032 zijn gestegen tot 620 miljard dollar. Dat komt neer op een jaarlijkse groei van 18%, een goede indicatie van de enorme potentie van deze technologie.
Video hierboven: samenvatting van de introductie van de Vision Pro door Apple
Veel bedrijven hebben spatial computing al omarmd en bieden verschillende toepassingen. Big Tech loopt, uiteraard zou je bijna zeggen, voorop. Microsoft bijvoorbeeld, is een belangrijke speler met zijn HoloLens en Windows Mixed Reality-platform. HoloLens is een geavanceerde AR-headset die digitale hologrammen over de fysieke omgeving van de gebruiker legt. Daardoor zijn toepassingen mogelijk op het gebied van industrieel ontwerp, training en samenwerking op afstand.
Google, aan de andere kant, heeft belangrijke stappen gezet met zijn ARCore-platform. ARCore is een innovatief platform dat AR naar Android-devices brengt, waardoor ontwikkelaars interactieve AR-toepassingen kunnen maken voor een grote gebruikersgroep. De camera, bewegingssensoren en rekenkracht van de smartphone of tablet stellen ARCore in staat om de omgeving nauwkeurig in kaart te brengen en zorgen voor naadloze interactie met de echte wereld.
Apple heeft zich op het gebied van spatial computing begeven met ARKit, een krachtig framework waarmee ontwikkelaars augmented reality-ervaringen kunnen maken voor iPhones. Het bedrijf investeert fors in AR, met functies zoals AR Quick Look en AR-navigatie die zijn geïntegreerd in iOS-devices. De lancering van de Vision Pro is een nieuwe mijlpaal en is het eerste belangrijke nieuwe product van Apple sinds de introductie van de Apple Watch in 2014.
Tot slot is Meta ook een belangrijke speler in spatial computing. De Quest-headsets van Meta zijn in staat gebruikers volledig onder te dompelen in een virtuele omgeving. Deze headsets zijn niet alleen aantrekkelijk voor gamers, maar worden ook steeds meer toegepast in training en onderwijs.
Video hierboven: Sony’s “Spatial Reality Display’
Het noodgedwongen op afstand werken tijdens de Corona-crisis heeft spatial computing een duwtje in de rug gegeven. Een van de meest uitdagende aspecten van het werken op afstand is het creëren van het gevoel van aanwezigheid dat gepaard gaat met het werken in dezelfde fysieke omgeving. Spatial computing helpt dit probleem aan te pakken met immersieve virtuele omgevingen waarin teams op afstand moeiteloos kunnen samenwerken.
In de VS gebruikt Walmart VR inmiddels om zijn werknemers te trainen. Boeing gebruikt AR om zijn ingenieurs te helpen bij het oplossen van problemen met vliegtuigen en Google werkt aan MR om z’n personeel te helpen bij het samenwerken aan projecten. Accenture op zijn beurt creëerde digital twins van zijn fysieke kantoren om zijn mensen vertrouwde omgevingen te bieden om elkaar te ontmoeten, samen te werken en te netwerken.
De enorme versnelling die na de lancering van ChatGPT is opgetreden in de ontwikkeling van AI, is nog een factor die spatial computing een boost heeft gegeven. Zonder de enorme vooruitgang die is geboekt in AI, was een product als de Vision Pro van Apple waarschijnlijk nooit tot stand gekomen.
Volgens Apple’s visie op spatial computing heeft de technologie drie fundamentele elementen: vensters, volumes en ruimtes. Die elementen kun je gebruiken om een uitnodigende, immersieve ervaring te bouwen. Dat is natuurlijk iets waar ook de mediasector mee aan de slag kan.
Video waarin ruimtelijke analyse wordt gedemonstreerd op basis van data van machine, mens en ruimte
Spatial computing heeft veel potentieel voor de media-industrie, omdat het nieuwe vormen van storytelling, en entertainment mogelijk maakt. Zo kunnen journalisten immersive reportages maken die de kijkers meenemen naar verre of gevaarlijke locaties. In entertainment zijn interactieve en gepersonaliseerde ervaringen mogelijk. Ook de overheid heeft dat potentieel erkend met de bijdrage uit het Nationaal Groeifonds voor de coalitie van de creatieve industrie CiiiC. Die krijgt een bedrag van 200 miljoen euro voor de ontwikkeling en toepassing van ‘immersive experiences’.
Spatial computing is nog een relatief nieuw en snel ontwikkelend domein, dat veel uitdagingen en kansen met zich meebrengt. Een van de belangrijkste uitdagingen is het creëren van gebruiksvriendelijke en betaalbare apparaten en interfaces die spatial computing toegankelijk maken voor een breed publiek. Van de Vision Pro van Apple wordt veel verwacht. Maar de bril zal pas in 2024 worden gelanceerd en het apparaat is met een prijs van 3.500 dollar niet bepaald toegankelijk voor een brede doelgroep.
Een andere uitdaging is het waarborgen van de privacy, veiligheid en ethiek van spatial computing, aangezien deze technologieën veel gevoelige gegevens verzamelen en verwerken over gebruikers en hun omgeving. Het is daarom belangrijk dat er duidelijke regels en richtlijnen komen om misbruik, manipulatie en discriminatie tegen te gaan.
Ook is het essentieel dat de gebruikers geïnformeerd worden over de mogelijke risico’s en voordelen van spatial computing en dat ze controle hebben over hun eigen data en ervaringen. Voor de bedrijven die aan de slag willen met spatial computing spelen ook de kosten een rol: de ontwikkeling van toepassingen vereist aanzienlijke investeringen in technologie en talent.
Je kan spatial computing zien als het zoveelste modewoord. Enige scepsis is misschien ook gerechtvaardigd nu Apple de term heeft gekaapt voor de marketing van de Vison Pro. Toch zou het een vergissing zijn om de impact van spatial computing te onderschatten. Het is in potentie een transformerende technologie die onze media-ervaringen opnieuw kan definiëren. Voor mediabedrijven is het in ieder geval tijd om deze nieuwe ruimtelijke grens te verkennen.
Media Perspectives organiseert tijdens de Dutch Media Week een Cross Media Café over spatial computing onder de titel ‘Spatial computing: de ruimtelijke revolutie’. Schrijf je hier in.