NEP The Netherlands staat al jaren bekend als een voorloper op het gebied van broadcasttechnologie. Die status heeft nu ook formele erkenning gekregen van het Amerikaanse moederconcern. NEP in Hilversum is aangewezen als één van de drie innovatiehubs binnen het bedrijf. Meer dan genoeg reden voor een interview met CEO Ralf van Vegten. Hij praat over de nieuwe strategie van NEP, samenwerking en het Media Park. “Eigenlijk is het Media Park een perfecte locatie voor zo’n innovatiehub.”
Ralf van Vegten zit er ontspannen bij in zijn kantoor dat uitkijkt op het Media Park. Niet zo vreemd, want met zijn bedrijf gaat het prima. De business groeit. Zo hard zelfs, dat er 150 nieuwe mensen kunnen worden aangenomen. De aanwijzing van NEP in Nederland als een van de drie innovatiehubs binnen het wereldwijde concern, is nog zo’n bewijs van het succes. En dan is er ook nog de overname van Stoneroos, waarmee NEP onder meer z’n positie op het gebied van OTT versterkt.
Voor Van Vegten is het ook prettig om te weten dat de eigenaar van de NEP Group, de Amerikaanse investeerder Carlyle Group, zich voor minimaal tien jaar aan het bedrijf heeft verbonden. “Zij vinden het heel knap hoe NEP de crisis is doorgekomen. Dat biedt voor hen perspectief voor de toekomst. Ze geloven dan ook in de strategie die we samen met McKinsey vorig jaar hebben uitgewerkt.”
Die nieuwe strategie heet ‘NEP 360’, legt Van Vegten uit. “De kern is dat we de hele ‘end-to-end’-keten willen leveren. Dus van de camera tot aan het scherm van de consument. Eigenlijk zoals we dat in Nederland al een tijd doen. We gaan op centrale plekken innoveren en ontwikkelen. Inmiddels is duidelijk dat één van die hubs in Nederland komt. De andere komen in de Verenigde Staten en Azië. De bedoeling daarvan is dat we 24 uur per dag kunnen doorontwikkelen. We verzamelen de ideeën van alle goeie mensen die we over de hele wereld hebben. En die brengen we tot producten en diensten waar de hele groep van kan profiteren.”
De innovatiehubs moeten een goede infrastructuur hebben op het gebied van techniek zoals glasvezel en datacenters. Maar ze moeten ook dichtbij internationale luchthavens zijn. Dat de keuze viel op Nederland is dus niet zo vreemd, legt Van Vegten uit. “We hebben hier in Hilversum al een hele mooie infrastructuur en Schiphol is om de hoek. Eigenlijk is het Media Park een perfecte locatie voor zo’n innovatiehub.”
Voor NEP in Nederland betekent het volgens Ralf van Vegten een flinke stap vooruit. “We kunnen de R&D-afdeling verder gaan uitbreiden. Dat hoeft niet meer per se alleen door Nederland gefinancierd te worden. Het wordt een wereldwijde investering. Er komt dus substantieel meer geld voor innovatie.”
In de end-to-end strategie focust NEP zich op 3 productpijlers: live production, virtual production en media processing. “In die drie categorieën zoeken we hard naar innovatie. Dat kunnen dingen zijn zoals het unieke ‘broadcast control system’ dat we hebben ontwikkeld. Maar het gaat ook om het gebruik van AI om video heel snel te kunnen verwerken en montages te maken gebaseerd op persoonlijke profielen.”
Hoewel Van Vegten in het gesprek ontspannen oogt, is van achterover leunen bij hem geen sprake. Hij zit vol ambitie. De nieuwe strategie bijvoorbeeld is volgens hem een uitdaging. “Dat is een enorme verandering voor NEP”, zegt hij. “Het laatste half jaar is intern een grote beweging op gang gekomen om de verschillende landen beter te laten samenwerken. Het gaat om het centraliseren van productontwikkeling en innovatie zodat je dingen niet dubbel doet. Maar ook om het versnellen van innovatie omdat de ‘time to market’ steeds belangrijker wordt. En we willen met onze innovatie en nieuwe producten een antwoord zijn op de disruptie van de media-industrie. Die gaat zo hard nu, dat is echt mega. Voor al die partijen die door de disruptie worden geraakt, willen wij een antwoord hebben. Om samen een nieuw businessmodel op te tuigen, of om een bestaand businessmodel efficiënter te maken.”
Als het gaat om innovatie, hoeft dat niet altijd van startups te komen, meent Van Vegten. “Ik vind bijvoorbeeld de VRT Sandbox in Brussel heel goed. Maar ze focussen zich misschien iets te veel op startups en scale-ups. Die dreigen de innovatie bij de grotere partijen een beetje onder te sneeuwen. Een startup kan een proces versnellen, maar het is niet zo dat het dan per definitie beter is. De samenhang is belangrijk. Ik denk dat je moet kijken of startups de hele dynamiek van het ecosysteem beter kunnen maken. Startups moeten niet een doel op zich zijn. Maar ik vind wat de VRT met Sandbox doet heel mooi.”
Het Media Park wordt al langer gezien als een plek die de top vertegenwoordigt in broadcasttechnologie. Hoe heeft het die positie als frontrunner eigenlijk verworven? Volgens Van Vegten is dat vooral te danken aan de combinatie van creativiteit en efficiency. “Er zijn in deze markt relatief veel creatieve talenten waardoor we unieke tv-formats maken. En als die formats gemaakt moeten worden, dan moet dat tegen een prijs die soms onrealistisch is, maar wel voor deze markt gebruikelijk. Dus het is betaalbaar en mooi. Daardoor werkt het in Nederland gewoon heel goed.”
NEP heeft z’n huurcontract op het Media Park vorig jaar verlengd tot maar liefst 2035. NEP huurt in totaal bijna 40.000 m2 kantoren, studio’s en datacenters. Die overeenkomst kwam volgens Ralf van Vegten niet zonder slag of stoot tot stand. “We wilden wel graag afspraken maken en meedenken over hoe het Media Park er uit moet gaan zien de komende jaren. De eerste resultaten zie je daar nu van. Er is een Albert Heijn To Go, het Joop van den Ende Plein is weer netjes en er komt een grand café. Het Mediacentrum is flink opgeknapt en aangepast. We hebben een supermooie deal gesloten met eigenaar Pinnacle. Met hen hebben we de ambitie om van het Media Park echt iets moois te maken.”
Dat had zeker niet gekund zonder de steun van de gemeente Hilversum, benadrukt Van Vegten. “Het feit dat de gemeente zich zo nadrukkelijk bemoeit met het welzijn van de bedrijven op het Media Park helpt enorm. In Amsterdam ben je een van de duizenden bedrijven, maar voor Hilversum is het Media Park echt belangrijk. Dat helpt.”
Er was ook een belangrijke rol voor de landelijke overheid. “Het ministerie van Economische Zaken, het Netherlands Foreign Investment Agency (NFIA) en de ROM Utrecht Region hebben ons moederbedrijf ervan overtuigd dat hier goede financiële en belastingtechnische faciliteiten zijn. Daardoor is het interessant om hier te ontwikkelen en niet in Duitsland of België. Vergeet ook de innovatiesubsidies niet. Het AI-fonds bijvoorbeeld is een doorslaggevende factor geweest om ons moederbedrijf te overtuigen. Dat zulke kansen hier in deze markt liggen, helpt natuurlijk enorm. Alles bij elkaar maakt dit dan waarom je graag op het Media Park bent en er iets van wil maken. Dat had in een andere omgeving moeilijker geweest.”
Hoe kijkt Van Vegten aan tegen samenwerking met de andere bedrijven en organisaties op het Media Park? “Voor een ecosysteem waarin concurrentie een grote rol speelt, denk ik dat we al veel samenwerken. We zijn in staat om over onze eigen concurrentiepositie heen te stappen. We hebben elkaar het afgelopen jaar op cruciale momenten gevonden. Als het gaat om innovatie, is dat iets wat je ook samen met je opdrachtgevers doet. We zijn met een heleboel opdrachtgevers, ook hier op het Media Park in gesprek over hoe we de innovatie kunnen vormgeven. Dat is het leuke van het Media Park. 60, 70% van de Nederlandse media bevindt zich op een gebied van 2 bij 2 kilometer. Om te innoveren, is dat een hele mooie omgeving.”
Toch valt er in de ogen van Van Vegten nog genoeg te verbeteren. “Wat het Media Park echt beter kan doen, en dat kwam ook in de laatste Industrietafel (periodiek overleg van media-CEO’s) aan de orde, is diversiteit. Het Media Park is echt een witte-mannenbolwerk, vooral ook aan de technische kant.”
De CEO van NEP ziet horeca als belangrijke factor om de levendigheid op het Media Park te verbeteren. Het grand café dat er komt, is volgens hem een belangrijke stap. “Dat lost een groot gemis op. Pinnacle wil dit gewoon laten slagen. Al kost het 5 jaar. Het grand café moet de drijvende kracht worden achter de levendigheid op het Media Park. Dus niet alleen voor een broodje kleffe kaas, maar het moet echt goed zijn van de ochtend tot de avond.”
Die horeca is volgens Van Vegten ook een belangrijke reden voor het succes van een mediahub als MediaCityUK in Machester. “Daar hebben ze een hele slimme combinatie gemaakt. Daar zitten hele mooie mediabedrijven, maar die hebben we hier ook. Daarnaast hebben ze ook bedrijven van buiten de media. En de horeca die er zit is ook echt gericht op publiek van buiten MediaCityUK. Er is daar zoveel terrasruimte en reuring, dat trekt mensen van buiten aan. Dus als het daar kan, kan het hier ook.”
Een doorn in het oog van Ralf van Vegten is het gemis aan kwalitatief hoogstaande hotels in en rond Hilversum. “Onze CEO en z’n rechterhand komen hier binnenkort. Die vroegen: ‘heb je hier een leuk hotel hier in de buurt’. Toevallig vond ik best iets aardigs in Naarden op Booking.com. Maar het is jammer dat hier niet een betere hotel-infrastructuur is. De hotels in Hilversum doen ontzettend hun best, maar daar willen we niet onze buitenlandse collega’s of klanten onderbrengen.”
In hoeverre mist het Media Park kennisinstellingen? Volgens Van Vegten is er op het gebied van samenwerking met universiteiten, hogescholen en MBO veel verbeterd. “NEP heeft goede relaties met de Hogescholen van Utrecht en Amsterdam, de Universiteit Twente en met het MBO College hier in Hilversum. Dus ze zijn hier al. Maar het zou zeker helpen als hier een gebouw zou zijn met bijvoorbeeld duizend studenten. Als dat kan, zou dat heel cool zijn. Maar ik denk dat het al een enorme winst is, dat de relaties met de opleidingen op dit moment goed zijn.”
Luister hieronder ook naar het interview dat we in de MediaMatters-radioshow hadden met Ralf in mei 2019: