22 januari 2014
cross media cafe Business Content

Verslag Cross Media Café: De beste Nederlandse videoclips en hun makers

Wie maken de mooiste clips van Nederland? Wat mag een clip in 2014 kosten, en: wat levert een succesvolle videoclip op? Drie makers van veelbekeken video’s vertellen op het Cross Media Café op locatie (tijdens Eurosonic Noorderslag) over hun eigen werk en hun favoriete clips. Daarnaast is het TAX Videoclipsfonds aanwezig om te vertellen over hun missie: de beeld- én muziekcultuur in Nederland een boost te geven.

Geen standaard performance-clips

Wilbert Mutsaers is naast zendercoördinator van 3FM een van de adviseurs van TAX. Het fonds kan jaarlijks drieëneenhalve ton toekennen aan interessante projecten. Mutsaers beaamt dat ‘interessant’ een subjectief begrip is en legt uit: “Het videoclipfonds wil partijen verbinden die elkaar anders nooit ontmoet hadden. Beeldmakers die nog nooit iets met popmuziek hebben gedaan, bijvoorbeeld.” Het fonds is ontstaan toen labels nog wel geld hadden voor standaard clips: een performance op een mooie plek. Ook het geld daarvoor is nu vaak weggevallen, maar dat is niet het soort clips dat het fonds wil stimuleren.

TAX bestaat inmiddels vijf jaar en honoreert zo’n 150 aanvragen per jaar. “Die komen voornamelijk vanuit productiemaatschappijen en artiesten, en dat is ook de bedoeling. Je kunt maximaal €20.000 aanvragen, maar er zijn ook projecten die maar €1500 nodig hebben.”

Mutsaers is over heel veel resultaten tevreden. Van de grote namen, die ze ook gewoon stimuleren, bijvoorbeeld over Birds van Anouk, maar ook de clip voor Kraak en Smaak is goed gelukt.

Interactieve experimenten

Waren clips vroeger volledig gericht op televisie, in 2014 speelt MTV nauwelijks meer videoclips. Je maakt nu een clip voor internet, en het aantal views kan daar behoorlijk oplopen. Het grootste kanaal, met miljoenen abonnees is dat van het Nederlandse dancelabel Spinnin Records. Hoewel het internet zich leent voor interactieve clips, zie je toch nog vooral speelfilmachtige muziekvideo’s. Er zijn wel experimenten: Pharell maakte 24 Hours of Happy, de eerste videoclip die 24 uur duurt. Arcade Fire maakte al eerder een interactieve clip en heeft nu Reflektor, een technisch hoogstandje met webcam, tablet en video. Een ander mooi voorbeeld is Do Not Touch, een clip die van alle bezoekers de muisbewegingen onthoudt.

Wat kost een videoclip?

Andres Fouché won in 2013 de TAX Videoclipprijs met zijn video voor Firestarter van Torre Florim. Fouché begon als maker van skateboardvideo’s en is daarna een bedrijf gestart voor videoclips. De clip van Firestarter is 62.000 keer bekeken, maar dat interesseert hem niet. “Zolang mijn vrienden het tof vinden, ben ik blij.” Hoe komt het dat zijn clip voor Dope D.O.D. ruim 13 miljoen keer bekeken is? “Het is een revolutionaire track met een revolutionaire video waar veel liefde in zit. Ik werkte er een jaar aan en er was geen enkel budget voor.”

Documentairemaker Victor Vroegindeweij maakte in 2002 zijn eerste clip voor 10.000 euro. Deze was vooral zo duur omdat de artiest per se op 16mm film wilde draaien. “Zelfs een clip van Marco Borsato mag niet meer dan 5000 euro kosten tegenwoordig.”

Vroegindeweij maakt van zijn clips minidocumentaires: “Vroeger werd de lengte en de vorm van een videoclip bepaald door het uitzendmedium, MTV. Nu kun je alles doen, een clip van 24 uur of een documentaire. Ik werd gevraagd een video voor Tika te maken. Ik wilde toch al een documentaire maken, en daar paste dit liedje goed bij. De video is binnen twee weken op locatie gefilmd en gemonteerd, tijdens een reis door de woestijn met Nederlandse acteur Carel Struycken, Lurch van de Adams Family.

Maarten Post is oorspronkelijk televisiemaker en regisseur van onder andere X-Factor. Deze programma’s geven hem inhoudelijk veel minder voldoening dan een videoclip. Dit jaar maakte hij zijn eerste: Op Een Sexuele Wijze  voor de Jeugd van Tegenwoordig. De clip kostte 5000 euro, maar dat kon alleen omdat iedereen voor niets werkte – al het geld ging naar de locatie en apparatuur, en naar de dames in het bad.

“Het proces voor Op Een Sexuele Wijze verliep wat ongebruikelijk. Ik werd benaderd of ik binnen een week een clip kon bedenken, produceren en draaien. De clip moest namelijk in première gaan bij Pauw & Witteman. De band had als plan: twee meisjes in een bad. Van dat hiphopcliché wilde ik af door er meer gelaagdheid in te brengen. Een barokke stijl en verwijzingen naar de Griekse mythologie. De band was trouwens blij met het eindresultaat en de video was precies op tijd af voor Pauw & Witteman.”

De drie makers zijn het er over eens dat leven van puur videoclips niet kan. “Je werkt vaak voor de liefde, en dat geldt ook voor bijvoorbeeld cameramensen en visagisten.” En de inkomsten uit YouTube-advertenties dan, die na miljoenen views toch aardig kunnen oplopen? “Die gaan niet naar de maker maar naar de repertoire-eigenaar”, vertelt Mutsaers. Hij vindt het geen probleem dat artiesten en labels winst kunnen maken dankzij de investering van het TAX Videoclipfonds, maar zegt: “Als artiesten hun subsidie willen teruggeven, graag!”.

De favorieten

Post en Fouché delen toevallig dezelfde favoriet, Until the Quiet Comes van Flying Lotus. Andres: “De clip heeft een mooie sfeer en veel symboliek.” Post: “Ik vind het contrast tussen de bijna vrouwelijke dans en de omgeving van de ghetto mooi. Heel onvoorspelbaar.”

Een favoriet van Vroegindeweij is Grip van zZz. “Een geniaal idee, geniaal uitgevoerd”. Interessant is dat het idee, de vorm én de muziek van deze clip later zijn gebruikt voor een commercial van Fiat. De clip is betaald met steun van het TAX Videoclipfonds en Mutsaers zegt erover: “Mooi dat een video op deze manier nog meer bereik krijgt.”

Geen band in beeld

In zowel de eigen clips van de makers als hun favorieten valt het op dat het bepaald geen standaard muziekvideo’s zijn. De band is bijvoorbeeld niet of nauwelijks in beeld. Leidt het beeld niet af van de muziek? Vroegindeweij, lachend: “Dat zou soms wel zo kunnen zijn, ja. Maar aan de andere kant: mijn artiesten wil je ook liever niet zien.” Post beaamt: “Ik maak veel liever een clip zonder de artiest in beeld. Performanceshots zijn zo ouderwets.” Fouché: “Een clip zonder artiest kan, maar ik monteer wel altijd heel erg op de muziek. Mijn clips zijn filmisch maar het beeld moet wel het geluid versterken.”