Tijdens het MPJC 2013 op het Media Park in Hilversum gaven (keynote)sprekers uit binnen- en buitenland hun visie op ontwikkelingen en mogelijkheden in aanbod, gebruik en techniek. In het eerste blok werd er naast mediabeleid ingezoomd op storytelling en mediawijsheid. BBC Reporter Matt Danzico ging in op de effecten van storytelling in ons brein. BNN directeur Marc Adriani ging vervolgens in de verantwoordelijkheden die makers hebben bij het vertellen van verhalen. Hoe mediawijs is het publiek van BNN en hoe gaan de makers hiermee om?
The Science of Storytelling
Als wetenschapsjournalist en reporter bij BBC World News heeft Matt Danzico al honderden verhalen gemaakt. Maar hij had geen idee wat er in het brein van de kijkers gebeurde als zij naar deze verhalen keken. Op zich raar vond hij zelf. Want dat moet je als journalist toch weten? Het zou toch ook raar zijn als een dokter niet weet hoe een lichaam werkt. Hij ging op onderzoek uit en ontdekte de science of storytelling.
Neurowetenschapper Uri Hassan vertelde hem wat er gebeurt bij verhalen vertellen. “Als iemand een verhaal vertelt, is er hersenactiviteit bij de verteller en zendt hij geluidsgolven uit. Deze geluidsgolven veroorzaken weer hersenactiviteit bij de ontvanger. Er is dus een soort wireless communicatie tussen de twee breinen. Hassan noemt dit brain-to-brain coupling. Hoe beter de ontvanger het verhaal begrijpt en zich kan inleven, hoe meer de patronen van de hersenactiviteit in de twee breinen met elkaar overeen komen.”
Wat betekent dat voor storytelling? Ten eerste: een goede verteller is in staat neuropatronen op te wekken in het brein van zijn luisteraars, die lijken op die van hemzelf. Hoe beter hem dat lukt, hoe beter de ontvanger zijn verhaal begrijpt en doorvoelt. Een indringend verhaal heeft het beste effect. Dat geldt volgens Danzico ook voor audiovisuele boodschappen. In detail vertellen over een heerlijke sappige appel beïnvloedt de smaakcortex in de hersenen, waardoor de ontvanger een levendige herinnering krijgt van de smaak van een appel. Bij video werkt dit net zo. Hoe hoger de kwaliteit van het beeld (HD bijvoorbeeld), hoe beter het effect.
Matt Danzico (BBC) @ MPJC2013 from iMMovator
Grenzen overschrijden is middel, geen doel
Hoe mediawijs is BNN? Mediawijs ben je als je kritisch kunt omgaan met media én de kansen kunt benutten die media bieden. Mediamakers hebben daarin een speciale verantwoordelijkheid. Waar ligt de grens bij BNN? Wat kan wel en wat kan niet?
BNN-directeur Marc Adriani beseft de verantwoordelijkheid van de omroep: “Jongeren spelen bij ons de hoofdrol en we storten onze programma’s uit over jongeren.” De eerste check of iets kan of niet kan, lijkt makkelijk. De programmamakers behoren zelf tot de doelgroep en doen zelf een check. Maar helemaal waterdicht was dat systeem niet. Door schade en schande wijs geworden, moeten programmakers tegenwoordig een startovereenkomst tekenen. Directe aanleiding was het Crofty-incident, waar makers een bom maakten van Crofty-schoonmaakmiddel. De explosievenopruimingsdienst rukte uit en op een haar na werd de wijk rond BNN geëvacueerd. “Dat ging te ver”, stelt Adriani. Hij vertelt dat er in het begin intern veel kritiek was op de startovereenkomst. Maar kaders zijn belangrijk: “We zijn een Publieke Omroep en mogen geen geld verspillen aan claims van derden.” In de startovereenkomst staat onder meer dat plagiaat niet getolereerd wordt. “We willen origineel zijn.” Maar ook: toepassen van hoor en wederhoor, geen manipulatie, portretrecht respecteren en geen strafbare feiten plegen. “Bij twijfel of risico moeten ze de directie raadplegen.” Dat betekent niet dat BNN braaf geworden is. Adriani stelt dat grenzen nog steeds overschreden mogen worden, maar dan wel als middel en niet als doel.”
Op dit moment maakt BNN een realityshow De School, waarin jongeren van HAVO 4 zes weken lang op school gevolgd worden. Daarvoor hangen door het hele gebouw camera’s. Het was een hele toer om een school te vinden. Elke keer laaide de discussie op of jongeren niet te kwetsbaar zijn daarvoor. Zijn ze wel mediawijs genoeg? Eenmaal een school gevonden pakte BNN het project zorgvuldig aan met informatiebijeenkomsten, schriftelijke toestemming van ouderen, leerlingen en leraren, begeleiding van een pedagoog en een psycholoog. Ouders en jongeren mogen bovendien bepaalde beelden verbieden. Ook de social media rondom het project worden goed gemonitord en de leerlingen krijgen social mediales. Adriani stelt dat de hele discussie rondom mediawijsheid ook binnen BNN weer nieuwe dilemma’s heeft opgeroepen, waaronder de vraag of BNN-makers wel representatief zijn voor alle jongeren.