Bundeling van krachten noodzakelijk in snelgroeiende VOD-markt

De Video on Demand-markt groeit snel – steeds meer consumenten kijken on demand, ten koste van lineaire televisie. Dit biedt mogelijkheden voor video- en contentmakers, maar er is ook sprake veel concurrentie tussen VOD-platforms. Het Cross Media Café Video on Demand van maandag 7 oktober gaf een overzicht van de kansen en mogelijkheden op de VOD-markt. De conclusie: er liggen zeker kansen, maar samenwerking is noodzakelijk.

Van lineair naar on demand

Sjef Pijnenburg (ODMedia) gaf een overzicht van de VOD-markt. Allereerst kun je onderscheid maken tussen TVOD (transactional VOD) en SVOD (subscription VOD). De TVOD-markt stabiliseert terwijl de SVOD-markt hard groeit. Ieder land heeft een eigen Videoland, maar als je kijkt naar de omzet, dan gaat 75% naar de globale spelers Amazon en Netflix.

Er komt een nieuw window aan, vertelt Sjef Pijnenburg, namelijk AVOD (ad-funded VOD). YouTube blijft daarin een belangrijke partij, maar er komen nieuwe toetreders aan zoals PlutoTV van Viacom, Tubi en Quibi. Sjef verwacht dat de ontwikkeling de komende jaren van lineaire tv naar AVOD en SVOD gaat. Dit levert enorme kansen op voor rechthebbenden – omdat de vele VOD-platforms om content gaan vragen. Bovendien wordt dit een wereldwijd spel, omdat een Nederlandse serie op VOD-platforms in verschillende landen gedistribueerd kan worden.  ODMedia helpt rechthebbenden met de technische en commerciële exploitatie van content. Lees meer over de ontwikkelingen en kansen op de VOD-markt in dit whitepaper van ODMedia en Media Perspectives.

Grote Nederlandse spelers zien noodzaak tot samenwerking

Ook Niels Baas (NLZiet) ziet veranderingen in het medialandschap – een explosie aan content voor internet en VOD, groei van VOD-platforms en een afname van de macht van traditionele spelers. De oplossing? Samenwerking – door samen te investeren in één Nederlands VOD-platform, de schaal en de inzet van AI op dat platform. Hij gelooft in een shop-in-shop model, zoals De Bijenkorf, waarin elke aanbieder een eigen identiteit houdt. Volgens Lucien Brouwer, Chief Consumer Officer van RTL, is ‘alles bespreekbaar’.

“We moeten niet afhankelijk worden van de algoritmes van Netflix en YouTube” – Niels Baas (NLZiet)

Videoland kan op dit moment break-even draaien, maar Lucien geeft aan dat ervoor gekozen is om door te investeren, met name in goede content. Zo wordt er nu gewerkt aan een documentaire over Badr Hari, in aanloop naar het gevecht met Rico Verhoeven. In 2021 wil RTL stoppen met het AVOD-platform RTL XL en wil alles naar Videoland halen. Het idee is om de kijker een keuze te geven tussen het volledige aanbod op Videoland voor 2 euro per maand maar met advertenties. Of de kijker kan het volledige bedrag van 9 euro per maand betalen voor een versie zonder advertenties.

Het Ministerie van OC&W is hard bezig met het stimuleren van samenwerking in de Nederlandse mediasector. Afke van Rijn vertelde dat het Ministerie de sector bij elkaar haalde in diverse tafels. Het doel: komen tot een samenwerkingsagenda. De belangrijkste punten in deze agenda zijn: een basis nieuwsvoorziening (waaraan wordt gewerkt door NOS en De Persgroep), een DigiD voor de media en het inzetten voor bundeling van Nederlandse videocontent. De wil om samen te werken is er en Afke is benieuwd hoe het nu verder gaat. Vanuit de producenten gaf Georgette Schlick (Fremantle Media) in de paneldiscussie aan dat ook zij van mening is dat samenwerking nodig is om te overleven.

Kansen voor producenten

De ontwikkeling naar VOD biedt volgens Jeroen Koopman kansen voor producenten. Zijn bedrijf NewBe produceert zowel fictie als non-fictie films voor VOD-platforms. Zo is Jeroen enorm trots dat TOON binnenkort op Netflix te zien is. Er zijn vier belangrijke verschillen als je voor een VOD-platform produceert in plaats van voor lineaire tv. Een serie op een VOD-platform kan een complexer verhaal bevatten omdat je zeker weet dat de kijker begint bij de eerste aflevering. Daarnaast is het makkelijker om je serie op een internationale markt te brengen en je hoeft niet meer per se films in het Engels te maken om internationaal succes te krijgen (denk bijvoorbeeld aan La Casa De Papel of Undercover op Netflix). Ook worden de verschillen tussen platforms groter en daarom kun je voor een hele specifieke niche een serie maken. Het laatste grote verschil zit hem erin, dat je als productiebedrijf zelf moet denken aan de marketing om ervoor te zorgen dat je kijkers krijgt.

Een andere verandering voor producenten die Georgette Schlick adresseerde is dat budgetten voor contentcreatie niet omhooggaan (wel op onderdelen). In de Verenigde Staten geeft een huishouden gemiddeld 200 dollar per maand uit aan VOD-platforms, maar in Nederland gaat dat niet zo snel gebeuren. Daarom moeten producenten kijken hoe ze met lagere budgetten mooie producties kunnen maken. Overigens voorspelt Georgette wel mooie tijden voor producenten, omdat er nog meer sportrechten aangekocht worden er vraag is naar een uitbreiding op non-scripted.

Nicheplatforms hebben bestaansrecht

Dat platforms voor niches bestaansrecht hebben bewijst startup Cinetree. Cinetree is een SVOD/TVOD-platform dat films aanbiedt, die voor de kijker zijn uitgekozen door Nederlandse filmexperts. Daarnaast produceert Cinetree ook eigen films onder de naam Cinetree Originals waarbij ze werken met jong filmtalent. Ook Basic-Fit beheert een eigen VOD-platform waarop ze sportlessen aanbieden voor hun leden. Dat ze daarmee data kunnen verzamelen van hun leden en inzicht krijgen in wie wat kijkt zorgt ervoor dat Basic Fit naast sportschool, video platform ook een datafirma aan het worden is.

Meer teruglezen over dit Cross Media Café? Lees ook de verslagen op Spreekbuis en Emerce. Of bekijk de foto’s van het café op Flickr.