De Week van Duurzaamheid: NEP
"Het Datahotel van NEP draait 100% op windenergie en in 2025 wordt de restwarmte teruggeleverd aan het warmtenet."
"Het Datahotel van NEP draait 100% op windenergie en in 2025 wordt de restwarmte teruggeleverd aan het warmtenet."
NEP gebruikt eigen datatcenters voor hun diensten. Deze vormen het hart van het bedrijf. Johan Bakker, projectmanager Datacenter bij NEP Group, kan zijn enthousiasme nauwelijks bedwingen over hun eigen, verbazingwekkend efficiënte Datahotel. Het is sinds de bouw in 2012 enorm gegroeid en nog steeds aan het uitbreiden. Het laatste gedeelte komt uit 2019 met de allernieuwste technologische snufjes.
We zijn nieuwsgierig geworden. Wat gebeurt er in het Datahotel?
“Ons Datahotel, zoals wij dat noemen, is gigantisch groot, zo’n 750 vierkante meter. Het is geschikt voor broadcast én IT. Uiteraard verbruikt een datacenter enorm veel energie. Daarom is het zorg om hier zo efficiënt mogelijk mee om te gaan. In ons Datahotel bevinden zich een enorme hoeveelheid stekkers, die de apparatuur van stroom voorzien. We zijn in staat om al die stekkers op afstand aan- en uit te zetten. Dat is echt heel bijzonder. Tegelijkertijd kunnen we het verbruik meten, dus we kunnen precies zien hoeveel energie we besparen door het uitzetten van de apparatuur. Hoeveel denk je? Gemiddeld besparen we een maand energie per jaar door alleen al het uitzetten van de apparatuur.
Het Datahotel draait verder op 100% windenergie en in 2025 wordt de restwarmte teruggeleverd aan het warmtenet. Er is een internationale standaard die aangeeft hoe efficiënt een datacenter is. Het Datahotel van NEP wordt geclassificeerd als ‘very efficient’ en daarmee zijn we 13% beter dan gemiddeld in Nederland en zelfs 30% beter dan het wereldwijde gemiddelde. Dat zijn nog eens cijfers.”
Dat klinkt goed. Met het Datahotel van NEP kun je dus ook alles vanaf 1 plek regelen?
“Klopt, dat heet centralized production. Dat vraagt om een enorme hoeveelheid energie door de apparatuur in het Datahotel, maar het bespaart juist weer omdat er geen broadcast vrachtwagen naar een andere locatie hoeft. We kunnen daarnaast onze Europese collega’s vanuit ons Datahotel in Hilversum voorzien van diensten. Het is dus echt een duurzame manier van produceren.”